Verhaaltje voor het slapen gaan

Izak van Langevelde


From: eezacque@xs4all.nl (Izak van Langevelde)
Newsgroups: nl.eeuwig.september
Subject: De geluksboom
Date: Wed, 02 Oct 1996 23:41:47 +0100
Organization: Me & I, Inc.
Message-ID: <eezacque-0210962341470001@news.xs4all.nl>

Ziezo, voor als jullie strakjes onder de wol kruipen. 
Als dit verhaaltje bevalt, wordt het 't eerste uit een serie...
_______________________________________________________________________________

Verhaaltje voor het slapen gaan

Terwijl de regen zachtjes voortdruilde, drentelde Hinkel schuintjes over
de parkeerplaats. Hij had het beloofd, "en wat je belooft dat moet je
ook doen", had ze nog gezegd, en "da's voor kleine meisjes niks anders
dan voor grote meisjes." En eigenlijk wilde hij er helemaal niet
onderuit, want "zonder een verhaaltje slaap ik nooit lekker." Enigszins
verbaasd keek Hinkel op naar een blauwe kronkel, die uit de hemel leek
te komen om onder de drukke weg te verdwijnen.  Zoekend keek hij de
straat over, zich afvragend of het ding daar, aan de andere kant, nog
zou boven komen, maar door de razende avondspits was de overkant van de
straat moeilijk te zien. Het getingel van een carillon deed hem
opschrikken. Het bezoekuur was begonnen.

Het kleine hoofdje veerde op uit de kussens, om vermoeid weer terug te
zakken.  "Ik heb de hele dag naar je uitgekeken, Hinkel, en iedereen
verteld dat jij me voor het slapen gaan komt voorlezen. Wat heb je voor
me meegenomen?" Hinkel haalde een vrolijk gekleurd bundeltje van onder
zijn jas, een boekje waar hij, toen hij nog klein was, altijd graag in
had gelezen. Nog steeds graag. Vrolijke verhaaltjes, en ze liepen goed
af. Mooie verhaaltjes voor het slapen gaan.  Terwijl Sofietje zich
behaaglijk in de kussens nestelde, ging Hinkel in de vensterbank zitten.
Het allermooiste verhaal stond ergens achterin. "Hinkel? Als ik strakjes
nou ga slapen en ik word weer wakker...is mama er dan weer?"  Het bleef
even stil. "Ja hoor, dan is mama er ook weer." "Dan is 't goed." Hinkel
zocht verder. "Hinkel? Ben jij er dan ook weer?" Hinkel ritselde.
"Hinkel?" Hij slikte "nee". Sofietje keek beteuterd: "Het geeft niet
hoor, ik begrijp het best. En, je bent er nou toch?" Hinkel vouwde een
stevige ezelsoor en begon te lezen.

"Lang, heel lang, maar toch ook weer niet zo idioot lang geleden, leefde
er een klein meisje in een groot huis..." Eerst las Hinkel nog voor,
maar al snel begon hij te vertellen. Over het meisje, dat vandaag ook
Sofietje heette. Over de lieve oom, een kwiek mannetje met een raar
sikje en een hinnikend lachje.  Terwijl Hinkel door de kamer huppelde en
zijn stem door de zaal liet schateren, gierde Sofietje het uit: "Jij
bent het! Jij bent echt oom Jochem!" En toen hij, net als oom Jochem,
met fruitjes jongleerde en alle kiwi's op eentje na liet vallen, klapte
ze opgewonden "O, jij bent echt de allerbeste goochelaar!". Zo hadden ze
geen van beiden door hoe de deur openging, twee witte jassen en een
grijs knoetje vertederd naar binnen keken. De deur ging weer dicht.

Een uur later sloeg Hinkel z'n boek met een harde knal dicht. Hij had
geen stem meer over en Sofietje, met haar feeenkroontje van papieren
servettenbloemen nog op haar hoofdje en het thermometertoverstokje nog
in haar handje, lag bleekjes achterover in de kussens. De lange stilte
werd doorbroken door de deur die zachtjes werd opengeduwd. Vanonder een
grijzend knoetje keken twee geduldig vragende ogen het zaaltje
in. Hinkel keek naar Sofietje. "Nog eventjes."

Hinkel wipte op het bed, en pakte het magere handje voorzichtig beet.
Zachtjes streelde hij het broze gevalletje. Hij liet zich naast Sofietje
in de kussens zakken en draaide speels met een vinger door haar grijze
krulletjes. Vanuit een perkamenten gezichtje keken twee grauwe oogjes
hem dankbaar aan. "Wil je echt gaan slapen?" De oogjes knikten vermoeid.
"Hinkel? Het was fijn, vanavond. Ga nu maar." Hinkel probeerde te
slikken.  "Zo moe... slapen... ga maar naar huis..." Nog even leken de
oogjes op te lichten "want morgen is mama er weer... ." "Ja" zei Hinkel.
"Morgen is mama er weer."

Hij trok de deur zachtjes achter zich dicht. De mensen op de gang kwamen
langzaam overeind. Het leek hun pijn te doen. Even bewoog niemand, maar
toen kwam het knoetje naar voren. "Wij... " ze keek aarzelend om zich
heen. Een bemoedigend knikje. "Als we ooit iets kunnen terugdoen... je
betekende zoveel voor moeder... en ... nou ja... toch ook voor ons?"
Hinkel knikte flauwtjes.  "Zo'n pijn...  helemaal op... helemaal leeg",
stamelde het knoetje. "Ze kan niet meer... wil ook niet meer". "Ja" zei
Hinkel "het is beter, zo." "Wil je er echt niet bijblijven?"

Toen Hinkel het bordes afliep was het al donker geworden. Toen hij de
straat overstak zag hij hoe een sierlijke diepblauwe boog uit de grond
leek boven te komen om hoog daarboven te verdwijnen in een waas van
duizend lichten.


-- 
Grinnikend door het leven...