Re: sprookje, dan maar

Hiram


From: Hiram <rh@knoware.nl>
Date: Tue, 12 May 1998 23:27:44 +0200
Message-ID: <1d77zoo.pre3dwhwyujqN@dynaisdn-69.knoware.nl>
Subject: Re: sprookje, dan maar
Newsgroups: nl.eeuwig.september
Organization: LHOOQ

9

Wat voorafging: Ojtrilipiraparabimba heeft de stad verlaten en volgt de
oude weg richting Mortelen. Het wordt avond en ze is bang. Dan wordt ze
ingehaald door een zwart rijtuig.

> Op de bok zat een vrouw.

De koets kwam links voorbij, minderde snelheid, en stopte.
Ojtrilipiraparabimba aarzelende een ogenblik en wilde toen op haar beurt
de koets weer passeren, maar Ordontolok hield stil en legde zijn oren
plat naar achteren. Eén van de paarden uit het span keek om en brieste.
Op dat moment riep de vrouw: "Zeg meisje!" 

Ojtrilipiraparabimba keek op. Ze zag een grote vrouw, geheel in het
zwart op haar mosgroene rijhandschoenen na, de rijzweep over haar
schoot, haar haren los, die haar glimlachend aankeek. 

"Wat doe jij hier zo helemaal alleen?", informeerde de vrouw. Ons meisje
wilde antwoorden dat ze gewoon op weg was naar Mortelen, en dat de avond
iets sneller was gevallen dan ze had verwacht, maar in plaats daarvan
zei ze helemaal niets. "Nou, bind dat rare paard maar achter de koets en
stap in. Je kunt hier niet maar blijven ronddwalen, kind."

Tot haar eigen verbazing deed Ojtrilipiraparabimba wat haar gezegd werd.

Toen ze het deurtje van de koets opende sloeg een koude wind haar in het
gezicht en rook ze plotseling iets dat op kastanjebloesem leek. Ze
slikte, klom de twee treetjes op en keek naar binnen. Het was er vrijwel
donker. Ze kon nog net een gestalte onderscheiden, die achter in het
rijtuig zat. Het leek een lange, stille man. Ojtrilipiraparabimba durfde
niet beter te kijken en wendde haar ogen af. Een beeld van het huis van
haar vader flitste haar door het hoofd, en ze dacht zelfs even het slaan
van de friese klok te horen. Juist toen ze zich wilde bedenken en zich
omdraaide om weer uit te stappen hoorde ze de zweep van de vrouw op de
bok knallen in de lucht, zette de koets zich in beweging, en klapte het
deurtje vanzelf dicht. Ojtrilipiraparabimba viel achterover met haar
hoofd tegen de laarzen van de lange man. "Oh pardon!", riep ze, terwijl
ze overeindkrabbelde. Het zweet brak haar uit. Maar de man zei niets, ze
hoorde slechts zijn zware ademhaling en een ander vreemd geluid, als van
het krassen van nagels langs ruwe stof.

Hiram
 

deel 1 * deel 2 * deel 3 * deel 4 * deel 5 * deel 6 * deel 7 * deel 8 * deel 9 * deel 10 * deel 11 * deel 12 * deel 13 * deel 14 * deel 15 * deel 16